UNSCEAR: geen negatieve gezondheidseffecten gevonden van de straling na ‘Fukushima’.
UNSCEAR: geen negatieve gezondheidseffecten gevonden van de straling na ‘Fukushima’.
(terug naar de introductiepagina)
Eén van de werelds meest gezaghebbende instituties die de effecten van blootstelling aan ioniserende straling in kaart brengen is de internationale commissie van de Verenigde Naties genaamd UNSCEAR. Al in 2013 meldden wetenschappers van deze commissie dat zij geen aanwijzingen hadden gevonden dat de straling die ontsnapte na de meltdowns en explosies bij drie kernreactoren van de centrale van Fukushima zou leiden tot gezondheidsschade bij burgers. Een update van het rapport in 2021 bevestigde deze conclusie en stelde de cijfers voor stralingsblootstelling na het ongeluk nog verder naar beneden bij. De vraag waarom dit bij de Nederlandse bevolking niet algemeen bekend is, bespreken we in een apart artikel. In het artikel hieronder gaan we in op wie en wat UNSCEAR is, en op de belangrijke conclusies die zij trok na haar onderzoek van de kernongelukken in Tsjernobyl en Fukushima.
UNSCEAR werd in 1955 door de Verenigde Naties opgericht om zo nauwkeurig mogelijk in kaart te brengen aan welke doses van ioniserende straling burgers zijn blootgesteld en welke effecten daarvan te verwachten zijn. De oprichting van UNSCEAR vond plaats in een tijd waarin toenemende zorgen bestonden over deze blootstelling, met name als gevolg van de bovengrondse kernproeven die in die tijd plaatsvonden.
De naam UNSCEAR (United Nations Scientific Committee on the Effects of Atomic Radiation) herinnert aan de tijd van haar oprichting. In het spraakgebruik werd het woord ‘atoomstraling’ nadien vervangen door het meer correcte ‘ioniserende straling’, maar we bedoelen er nog steeds hetzelfde mee. Ook zijn de doelstellingen van de commissie onveranderd: met een multidisciplinair team breed opgezette, onafhankelijke studies uitvoeren, waarbij de hoogste wetenschappelijke maatstaven richtinggevend zijn. Beïnvloeding door commerciële of politieke belangen wordt zoveel mogelijk uitgesloten. Volgens professor Geraldine Thomas, moleculair patholoog aan het Imperial College in Londen en één van de meest vooraanstaande onderzoekers ter wereld op het gebied van schildklierkanker, is de UNSCEAR (naast de World Health Organization/WHO) de beste en meest onafhankelijke wetenschappelijke bron over de effecten van straling.1
Omdat straling een complex verschijnsel is, UNSCEAR in haar laatste rapport over Fukushima een onderzoeksproces van tien jaar verslaat, en haar meest recente rapport 248 pagina’s telt, is de belangrijkste conclusie, die ook boven dit artikel staat, opvallend kort en eenvoudig. En hoewel UNSCEAR in totaal vijf pagina’s aan haar meer gedetailleerde conclusies wijdt, geven we hieruit een vertaling van paragraaf q op bladzijde 106 volledig weer:
(q) Er zijn geen nadelige gezondheidseffecten bij inwoners van Fukushima gedocumenteerd die direct zijn toe te schrijven aan de blootstelling aan straling als gevolg van het FDNPS-ongeval.2 De herziene dosisschattingen van de commissie zijn zodanig dat toekomstige stralingsgerelateerde gezondheidseffecten waarschijnlijk niet waarneembaar zijn. De commissie is van mening dat, op basis van de beschikbare gegevens, de grote toename, in vergelijking met de verwachte, van het aantal gedetecteerde gevallen van schildklierkanker bij blootgestelde kinderen niet het gevolg is van blootstelling aan straling. Ze zijn eerder het resultaat van ultragevoelige screeningprocedures die de prevalentie van schildklierafwijkingen in de populatie die niet eerder werden herkend, hebben aangetoond. Het is onwaarschijnlijk dat bij werknemers een toename van de incidentie van kankers waarneembaar is voor leukemie, tumoren of schildklierkanker. De commissie beschikt over onvoldoende informatie om een weloverwogen oordeel te kunnen vellen over het risico op cataract.
Om het plaatje compleet te maken geef ik hier nog de grafiek die de UNSCEAR opstelde waarin de blootstelling van burgers na het ongeluk in Fukushima is weergegeven. Ter referentie: voor een Nederlander is het niet ongewoon 2,5 millisievert (mSv) per jaar op te lopen. In hun boek ‘The Dark Horse’ beschrijven de Finse onderzoekers Janne Korhonnen en Rauli Partanen dat de bewoners van Pispala, een populaire buurt in het zuiden van Finland, jaarlijks gemiddeld 35 mSv oplopen, ruim boven het maximum wat bewoners van Fukushima ontvingen. De Finnen houden hun gezondheidsstatistieken nauwkeurig bij en van een verhoogde kankerincidentie is in Pispala geen sprake.3
Geraldine Thomas: klare taal over de effecten van straling na het ongeluk in Fukushima
In de inleiding werd gesteld dat we hier te lande vrijwel niets in de media vernomen hebben over de belangrijke conclusies van UNSCEAR. Een uitzondering was De Telegraaf, die er op de tiende verjaardag van het ongeluk een hele pagina aan wijdde. Hieronder een kopie van dat artikel, waarbij ik erop hoop dat De Telegraaf het belang van deze publicatie laat prevaleren boven haar door mij volledig erkende copyrights. De digitale tekst is hier te vinden: https://archive.ph/9JUe3.
Er is dus in Fukushima helemaal geen sprake van dat er nog grote onzekerheden bestaan over de stralingseffecten van het ongeluk, zoals tegenstanders van kernenergie vaak beweren.4 Professor Thomas zegt het in het artikel in De Telegraaf glashelder:
“Het was niet de straling die tot slachtoffers leidde, maar de angst voor straling.” 'Radiophobia' noemt ze dit fenomeen. Stralingsfobie. Het was de grootschalige evacuatie die tot circa 1700 doden heeft geleid. Deels om medische redenen, omdat ouderen of zieken ineens verstoken bleven van medische verzorging die ze wel nodig hadden. Anderen konden de mentale stress of heimwee niet aan. “De straling was nooit hoog genoeg om zo'n langdurige evacuatie te rechtvaardigen”, meent Thomas. Maar het schrikeffect trok als een rimpeling over de aardbol: het imago van kernenergie kreeg, zij het minder sterk dan na Tsjernobyl, opnieuw een dreun.
In Duitsland staat, nu door de oorlog in Oekraïne duidelijk is geworden dat de Duitse ‘kernuitstap’ tot een sterke afhankelijkheid van Russisch gas heeft geleid, kernenergie opnieuw in de belangstelling. Dat gaat echter nog steeds met tegenzin, juist vanwege die diepgewortelde stralingsfobie. Het zal niet meevallen die stralingsangst te bestrijden, maar een belangrijke eerste stap is het debat verankeren aan stevige wetenschappelijke consensus. De rapportages van UNSCEAR zijn daarin cruciaal.
Waarom is dit nog niet algemeen bekend? De rol van het antinuclearisme
Dat deze belangrijke conclusie uit onderzoek van de Verenigde Naties het grote publiek maar niet bereikt, verklaart Geraldine Thomas uit de effectiviteit van de antikernenergiebeweging. Hoe dit in zijn werk gaat heeft zij toegelicht tijdens een hoorzitting van de Australische Nuclear Fuel Cycle Royal Commission, in 2015, waarnaar hierboven ook al verwezen werd. In een ander artikel gaan wij hier uitgebreid op in.
Inzichten van RIVM over de afweging: wel of niet evacueren bij een stralingsongeval: https://www.rivm.nl/publicaties/afweging-van-voor-en-nadelen-van-beschermende-maatregelen-bij-kernongevallen-verkenning
1 Thomas deed deze uitspraak tijdens een hoorzitting van de Australische Nuclear Fuel Cycle Royal Commission http://nuclearrc.sa.gov.au/app/uploads/2016/02/THOMAS-Geraldine-920-947.pdf
2 FDNPS = Fukushima Daiichi Nuclear Power Station
3 The Dark Horse: Nuclear Power and Climate Change – Rauli Partanen en Janne Korhonen
4 Een zienswijze die ook de Nederlandse media vaak klakkeloos overnemen. Zoals in een recent bericht van de NOS over rechtzaken die schildklierkankerpatiënten tegen TEPCO aanspannen, geen woord wordt gerept over de uitkomsten van het UNSCEAR-rapport.
20220308 UNSCEAR - v2 artikel cp4all .docx 5